Broeikaseffect

Zonder het natuurlijke broeikaseffect zou er op onze planeet geen leven mogelijk zijn.

In een kas kan het zonlicht nagenoeg ongehinderd binnendringen en zo voor verwarming zorgen. De ontstane warmtestraling kan echter niet ongehinderd door het glas weer wegstromen. Daardoor wordt warmte opgeslagen.

Broeikas

Zo gaat het ook met de ons omringende atmosfeer.

De atmosfeer is samengesteld uit verschillende gassen: 78,1% stikstof, 21% zuurstof, 0,9% argon, 0,03% koolstofdioxide en sporen van gassen.
50% van de zonnestraling komt ongehinderd terecht op de aardoppervlakte, die daardoor verwarmd wordt. De verwarmde aarde straalt weer warmte af. Deze warmtestraling kan echter, net als bij een kas, niet zonder meer door de atmosfeer weer in het heelal komen. Deze warmtestraling wordt als het ware tegengehouden. Daar zorgen vooral waterdamp en kooldioxide voor. Deze absorberen de warmtestraling en geven die weer aan de aarde af.

Momenteel is de gemiddelde temperatuur op aarde +15°C. Zonder het broeikaseffect zou de gemiddelde temperatuur op aarde ook 15 graden zijn, maar dan met een ander teken ervoor, namelijk –15°C.

De mensheid heeft in de laatste tientallen jaren een versterking van het broeikaseffect veroorzaakt. Door industrie, verkeer en landbouw is er een toename van broeikasgassen ontstaan.

Deze gassen maken het moeilijker voor de warmtestraling om naar het heelal uit te wijken, en stralen een deel ervan weer naar de aarde terug.

Hoe meer broeikasgassen, zoals koolstofdioxide of methaan, aanwezig zijn, hoe meer warmtestraling er in de kringloop aarde – atmosfeer is. Het gevolg is een langzame, maar gestadige, opwarming.